Biodiversiteitsverbetering nog onvoldoende beloond
Tijdens het symposium ‘De waardering van biodiversiteit in het Buijtenland van Rhoon’ op donderdag 7 november werd besproken in hoeverre de maatregelen voor biodiversiteitsverbetering in het gebied meetbare effecten opleveren en welke beloning agrariërs hiervoor zouden moeten ontvangen. Doordat het gebied aangewezen is als compensatiegebied met een bijbehorend ontwikkelbudget zijn er mogelijkheden om boeren te compenseren en waarderen voor hun diensten. Op nationaal en globaal niveau zijn er nog veel stappen te zetten.
BiodiversiteitsMonitor Akkerbouw
Sinds 2018 wordt in het Buijtenland van Rhoon actief ingezet op natuurinclusieve landbouw. Vanuit de brancheorganisatie BO Akkerbouw is de BiodiversiteitsMonitor Akkerbouw (BMA) ontwikkeld, waarmee de biodiversiteitsprestaties landelijk kunnen worden gemeten aan de hand van acht indicatoren. De afgelopen twee jaar is door het Louis Bolk Instituut onderzocht hoe het Buijtenland van Rhoon scoort op de BMA en of de KPI’s een invloed hebben op de gemeten biodiversiteit in het gebied. Ook de economische kant van het verhaal werd belicht.
Resultaten: Buijtenland van Rhoon scoort goed
Het Buijtenland van Rhoon presteert bovengemiddeld op de zogeheten KPI’s (key performance indicators) van de BMA. Op het vlak van natuur en landschapsruimte, ruimtelijke diversiteit, aandeel rustgewassen en organische stofbalans wordt zelfs beter gescoord dan de streefwaarden. Verbeteringen zijn nog nodig op punten als gewasbeschermingsmiddelengebruik en stikstofoverschot, hoewel er al vooruitgang zichtbaar is. De effecten van maatregelen worden teruggevonden in een verhoogde biodiversiteit. Een aantal doelsoorten vogels zoals kneu, gele kwikstaart en roodborsttapuit nam toe. De bodemvruchtbaarheid werd beter. Maar al met al blijkt biodiversiteit lastig te meten door tal van factoren die metingen beïnvloeden (zoals het weer) en het feit dat de biodiversiteitsontwikkeling meer tijd nodig heeft.
Beloningsinstrument
Dankzij de lagere pachtprijs, beheervergoedingen en relatief groter areaal per agrariër in het Buijtenland van Rhoon is het saldo per hectare nagenoeg toereikend om op een natuurinclusieve manier te boeren. Als sommige van deze voordelen wegvallen zou een aanvullende beloning nodig zijn; dat geldt ook voor andere agrariërs in Nederland. De BMA is een instrument dat hiervoor ingezet kan worden. De beloning kan bijvoorbeeld vanuit verschillende afnemers van de gewassen komen, wat uiteindelijk doorberekend zal moeten worden aan de consument. Een ketenpartij stelt hierover: ‘Als mensen vijf cent meer zouden betalen voor een bakje frites bij de McDonald’s, zouden boeren al een stuk eerlijker worden beloond.’ Voorzitter van gebiedscoöperatie Buijtenland van Rhoon Gerard doornbos sloot het symposium af met de conclusie: ‘Het bedrijfsleven en de keten hebben nog stappen te zetten, maar ook de overheid kan hieraan bijdragen.’
Het symposium ‘De waardering van biodiversiteit in het Buijtenland van Rhoon’ is mede mogelijk gemaakt door het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland.